Opus 35

Bomen (2010)

Three madrigals for male and female recitant and mixed chamber choir 4.3.4.3..
Poems by Erik Menkveld.
Duration: 15 minutes.
Commissioned by the Nederlands Kamerkoor.
Published by Donemus.

The two soloists are amplified, the chamber choir is spatially divided over the stage and the hall. Detailed indications in the score.

Dat groeit maar

Dondert niet waar, dat groeit maar
alle kanten op, ragfijn of knoestig,
kaarsrecht of scheef, van wetten
waarvolgens geen weet. En de reden?

Om straten lanen te maken, dorpen
deftig en duur? De fraaiste plekken
licht of uitzicht te benemen?

Oké, soms staat er een zo prachtig
in een winterdag dat hij nog uren
afsteekt in de fietser die hem zag.

Maar dicht naast elkaar zien ze 
nauwelijks kans op zichzelf te attenderen.
Voor kachel of scheepswerf
te ouderwets, staan ze bovendien
steeds vaker in de weg. En dan dat beetje
zuurstof dat ze produceren!

Toch hoor je nooit vraagtekens
plaatsen bij het nut van bomen.
Ze worden zelfs gekweekt
voor bakken op burelen.

Blindgroei

Al ons winddoorwoeld kroonzingen,
tot lichthoogten juichstrekken,
al ons drukloverend kruisribwelven
en dansant verstrengelen;

al ons in luidkeels krekelen stug
verstekelen en harslekken ook,
al ons bastberstend wringzwellen
en wemelschaduwwerpen – 

ons al fijnmaziger tastwortelen
diept het blind uit wijder en wijder
omtrek van staansgrond op.

Koor van ongehoorde waaibomen

Nu we kozijnen zijn 
in deze keuken, kijken 
ze wel naar de leuke 
overbuurvrouw op haar 
balkon of een bescheiden 
lijnvlucht die over komt, 
maar niet naar ons 
die alles omlijsten.

En nu we planken zijn
in deze vloer, horen ze 
ons voor geen meter, 
terwijl wij bij de minste 
beroering vervaarlijk 
kraken en zij tijdens 
koken of woorden tal 
van voeten verplaatsen.

Zelfs nu we tafel zijn 
waar ze aan eten met onze 
poten tussen hun benen 
en onder hun blote handen 
ons hout, zijn we vergeten: 
gesprekken voeren ze aan ons 
en kinderen die van geen 
witlof willen weten.

Maar allemaal hebben we 
blad gedragen, tegen
wilde luchten de wind 
in ons tekeer voelen 
gaan. En onder sommige 
van ons is daar naar 
geluisterd en diep
in gedachten gestaan.